BC DE LEUG

TITEL I.- VASTSTELLING VAN DE MODALITEITEN VAN DE VERSCHILLENDE SOORTEN LEDEN

 

Artikel 1.          Overzicht soorten leden

 

Volgens artikel 4 van de statuten heeft de vereniging vier soorten leden, namelijk:

 

q  Effectieve leden

q  Jeugdleden

q  Steunende leden

q  Ere-leden

 

Artikel 2.          Effectieve leden

 

Als effectieve leden worden beschouwd: dit zijn leden die de biljartsport beoefenen en voor minstens één discipline ingeschreven zijn in de handicapcompetitie.  Enkel deze leden hebben stemrecht, tenzij zij dit stemrecht (tijdelijk) verliezen indien zij ingebreke zijn gebleven met de statutaire bepalingen (zie artikel 4 van de statuten).

Rechten van de effectieve leden:

q  Zij hebben het recht om deel te nemen aan competitiewedstrijden, ingericht door de Koninklijke Belgische Biljartbond zowel individueel al per ploeg.

q  Zij hebben het recht om deel te nemen aan officiële tornooien zowel individueel al per ploeg.

q  Zij hebben het recht om deel te nemen aan de handicapcompetitie  en aan interne tornooien.

q  Zij kunnen deelnemen aan de door de vereniging ingerichte nevenactiviteiten

q  Zij hebben stemrecht op de algemene vergadering

q  Zij kunnen zich kandidaat stellen voor een bestuursfunctie van zodra zij drie jaar lid zijn, tenzij de Raad van Bestuur hierop een uitzondering wenst te maken.

q  Zij kunnen gratis deelnemen aan de jaarlijkse diner van de vereniging,  zolang dit volgens de Raad van Bestuur financieel verantwoord is afhankelijk van de financiële toestand van de vereniging.

Verplichtingen van de effectieve leden:

q  Zij dienen een maandelijks lidgeld te betalen, momenteel vastgesteld op  9,00 (negen) EURO per maand.

q  Zij dienen een éénmalige toetredingsvergoeding te betalen vastgesteld op 60,00 (zestig) EURO

q  Zij dienen minstens deel te nemen aan één discipline van de handicapcompetitie.

q  Zij dienen wedstrijden te arbitreren

 

Artikel 3.          Jeugdleden

 

Als jeugdleden worden beschouwd: dit zijn leden die op de eerste dag van het maatschappelijk jaar jonger zijn dan 19 jaar.  Zij zijn vrijgesteld van het eventuele vastgesteld éénmalige toetredingsvergoeding.  Zij dienen wel het maandelijks lidgeld te betalen (= lidgeld van de effectieve leden).  Zij hebben wel stemrecht maar geen recht op een vermogensbestanddeel bij een eventuele ontbinding van de club (zie artikel 4 van de statuten)

Rechten van de jeugdleden:

q  Zij hebben het recht om deel te nemen aan competitiewedstrijden, ingericht door de Koninklijke Belgische Biljartbond zowel individueel al per ploeg.

q  Zij hebben het recht om deel te nemen aan officiële tornooien zowel individueel al per ploeg.

q  Zij hebben het recht om deel te nemen aan de handicapcompetitie en aan interne clubtornooien.

q  Zij kunnen deelnemen aan de door de vereniging ingerichte nevenactiviteiten

q  Zij hebben stemrecht op de algemene vergadering

q  Zij hebben recht op biljartlessen georganiseerd binnen de vereniging door meer begaafde effectieve leden

Verplichtingen van de jeugdleden:

q  Zij dienen een maandelijks lidgeld te betalen, momenteel vastgesteld op 9,00 (negen) EURO per maand

q  Zij dienen minstens deel te nemen aan één discipline van de handicap competitie (handicap)

q  Zij dienen wedstrijden te arbitreren

 

Artikel 4.          Steunende leden

 

Als steunende leden worden beschouwd: dit zijn leden die binnen de vereniging de biljartsport niet beoefenen.  Deze leden hebben géén stemrecht en hebben ook geen enkel recht op een vermogensbestanddeel indien de club zou ontbonden worden (zie artikel 4 van de statuten).

Rechten van de steunende leden:

q  Zij kunnen gratis deelnemen aan de jaarlijkse diner van de vereniging, zolang dit volgens de Raad van Bestuur financieel verantwoord is afhankelijk van de financiële toestand van de vereniging.

q  Zij hebben het recht om deel te nemen aan eventuele interne clubtornooien (Voorbeeld: Sinterklaastornooi; Paastornooi)

q  Zij kunnen deelnemen aan de door de vereniging ingerichte nevenactiviteiten

Verplichtingen van de steunende leden:

q  Zij dienen een jaarlijks lidgeld te betalen, momenteel vastgesteld op 75,00 EURO per jaar

 

Artikel 5.          Ere leden

 

Als ereleden worden beschouwd: dit zijn leden die binnen de vereniging de biljartsport niet beoefenen.  Deze leden hebben géén stemrecht en hebben ook geen enkel recht op een vermogensbestanddeel indien de club zou ontbonden worden (zie artikel 4 van de statuten).

Rechten van de ereleden:

q  Zij kunnen gratis deelnemen aan de jaarlijkse diner van de vereniging

q  Zij hebben het recht om deel te nemen aan eventuele interne clubtornooien (Voorbeeld: Sinterklaastornooi; Paastornooi)

q  Zij kunnen gratis deelnemen aan de door de vereniging ingerichte nevenactiviteiten (Vb. mosselsouper; fietszoektocht met barbecue; …), zolang dit volgens de Raad van Bestuur financieel verantwoord is afhankelijk van de financiële toestand van de vereniging.

q  Zij kunnen tevens deelnemen aan een jaarlijks gastronomisch weekend doch dit mits betaling.

q  Zij hebben recht op een gratis publiciteitsbord in de club

Verlichtingen van de ere leden:

q  Zij dienen een jaarlijks lidgeld te betalen, momenteel vastgesteld op 150,00 EURO per jaar.

 

TITEL II.- FINANCIELE REGLEMENTERING

 

Artikel 6.          Maandelijks lidgeld

 

Het maandelijks lidgeld is bepaald op 6,00 Euro per maand. Dit lidgeld is verschuldigd door effectieve en jeugdleden.

Rek nr. Argenta 979-2567920-44

 

Artikel 7.          Eénmalige toetredingsvergoeding

 

Nieuwe effectieve leden dienen van zodra zij aanvaard zijn door de algemene ledenvergadering een éénmalig toetredingsvergoeding te betalen.  De toetredingsvergoeding is bepaald op 60,00 EURO. 

Deze toetredingsvergoeding wordt niet terugbetaald indien een lid ontslag neemt of uitgesloten wordt.

Indien een lid ontslag heeft genomen en nadien opnieuw als lid wordt aanvaard door de algemene ledenvergadering is geen toetredingsvergoeding verschuldigd op voorwaarde dat het ex-lid zich binnen de vijf jaar terug kandidaat heeft gesteld om opnieuw lid te worden.

 

Artikel 8.          Jaarlijks lidgeld

 

Het jaarlijks lidgeld is bepaald als volgt:

q  Voor steunende leden: 75,00 EURO

q  Voor ereleden: 150,00 EURO

 

Artikel 9.          Licentiebijdrage KBBB

 

De licentiebijdrage dient door de effectieve (en jeugdleden) zelf betaald te worden.  De Raad van Bestuur kan op het einde van het seizoen beslissen om een gedeelte van deze licentie terug te betalen.  Voor de beslissing van de gedeeltelijke  terugbetaling zal de Raad van Bestuur zich baseren of het desbetreffende lid zich heeft gehouden aan de verplichtingen opgenomen in dit huishoudelijk reglement (ondermeer het naleven van de arbitrageverplichtingen; kledijvoorschriften;...).

Om de ploegencompetities te stimuleren worden de inschrijvingsgelden voor de ploegencompetitie door de vereniging betaald, dit zolang dit volgens de Raad van Bestuur financieel verantwoord is.

 

Artikel 10.      Boete wegens dubbele of onregelmatige handicapwedstrijd

 

Bij een dubbele of onregelmatige (vb foutieve punten) zal er een boete geheven worden van 1,00 euro per speler.

 

Artikel 11.      Boete wegens te weinig gespeelde wedstrijden in een discipline van handicapcompetitie

 

Indien een speler minder dan 50% wedstrijden gespeeld heeft (dit wordt beoordeeld per ingeschreven discipline) dan kan er boete opgelegd worden van 5,00 EURO.

 

Artikel 12.      Boete wegens onverwittigde afwezigheid bij arbitrage

 

Indien een lid niet aanwezig (of zich niet heeft laten vervangen) is bij een arbitrageverplichting dan zal er een boete geheven worden van 5,00 EURO.  Bij een tweede overtreding in hetzelfde seizoen bedraagt de boete 10,00 EURO.  Bij een derde overtreding in hetzelfde seizoen bedraagt de boete eveneens 10,00 EURO maar zal het desbetreffende lid ter verantwoording geroepen worden bij de Raad van Bestuur.  De Raad van Bestuur kan beslissen om de uitsluiting van het desbetreffende lid voor te leggen aan de Algemene Ledenvergadering.

 

Artikel 13.      Boete wegens onverwittigde afwezigheid bij Algemene Ledenvergadering

 

Onverwittigde afwezigheid op de algemene ledenvergadering zal beboet worden met 5,00 EURO.

 

Artikel 14.      Financiële bijdrage van kandidaat leden

 

De aanvaarding van nieuwe leden behoort tot de bevoegdheden van de Algemene Ledenvergadering.  In afwachting tot een eventuele aanvaarding op de Algemene Ledenvergadering kan de Raad van Bestuur toestaan dat het kandidaat lid reeds mag deelnemen aan de handicapcompetitie.  Het kandidaat lid is in dat geval wel een vergoeding verschuldigd van 9,00 EURO per maand.

 

Artikel 15.      Commissie bij aanbreng sponsorgelden

 

Leden welke sponsorgelden binnenbrengen voor de club hebben recht op een commissie van 10%.

 

Artikel 16.      Boekhouding van de vereniging

 

De boekhouding van de vereniging dient gebaseerd te zijn op (bij voorkeur) externe verantwoordingsdocumenten.  Afhankelijk van de boekhoudkundige expertise van de penningmeester zal er ofwel een vereenvoudigde of een dubbele boekhouding gevoerd worden.

 

TITEL III-RICHTLIJNEN BIJ OFFICIELE COMPETITIEWEDSTRIJDEN

 

Artikel 17.      Individuele competitiewedstrijden

 

Effectieve en jeugdspelers kunnen deelnemen aan officiële competitiewedstrijden georganiseerd door de KBBB.

De effectieve en jeugdspelers dienen zich hierbij tijdig in te schrijven bij de sportbestuurder en tijdig de licentiebijdrage te betalen.

De reglementering van deze officiële wedstrijden wordt vastgelegd door de KBBB.  Het eventuele behaalde prijzengeld komt de leden persoonlijk toe; eventuele opgelegde boetes zijn laste van de leden.

 

Artikel 18.       Competitiewedstrijden per ploeg

 

Effectieve en jeugdspelers kunnen per ploeg deelnemen aan officiële competitiewedstrijden georganiseerd door de KBBB.

De effectieve en jeugdspelers dienen zich hierbij tijdig in te schrijven bij de sportbestuurder en tijdig de licentiebijdrage te betalen.

De spelers zelf zijn verantwoordelijk voor een correcte ploegopstelling.

De reglementering van deze officiële wedstrijden wordt vastgelegd door de KBBB.  Het eventuele behaalde prijzengeld dient verdeeld te worden onder de officiële ingeschreven spelers van de desbetreffende ploeg.  Indien een invaller meer wedstrijden gespeeld heeft dan een officiële ingeschreven speler dan komt het prijzengeld aan de “invaller” toe; eventuele opgelegde boetes vallen laste van de officiële ingeschreven spelers.

 

              Artikel 19.         Arbitrage van competitiewedstrijden

 

De sportbestuurder is verantwoordelijk voor het opstellen van de arbitragelijst rekening houdende met het totale pakket activiteiten waaraan een lid deelneemt 

Elk lid van BC De Leug engageert zich om de thuiswedstrijden van leden te arbitreren en/of te schrijven wanneer hij/zij hiervoor wordt opgeroepen

 De sportbestuurder verwittigt de op te roepen leden via E-mail. Leden die over geen PC beschikken worden geïnformeerd via het prikbord in onze club.

Indien een lid niet kan arbitreren/schrijven dan dient hij volgende richtlijnen te volgen:

1.   Hij dient zelf voor een vervanger te zorgen.

2.   Hij dient deze wijziging aan te brengen aan de arbitragelijst welke uithangt aan het “prikbord”.

3.   Hij dient informatief de sportbestuurder hiervan te verwittigen.

 

Artikel 20.          Kledij van spelers, arbiters en schrijvers tijdens         competitiewedstrijden

 

Bij officiële competitiewedstrijden (zowel individueel als per ploeg en zowel voor uit en thuiswedstrijden) dienen zowel de spelers, de arbiters als de schrijvers de officiële clubkledij te dragen.Voor leden die enkel handicap spelen volstaat behoorlijke kledij.

Onder officiële clubkledij wordt verstaan: zwarte gillet voorzien van het embleem van de club; gele das; wit hemd met lange mouwen; zwarte lange geklede broek; zwarte schoenen.

De gillet; de das en het embleem worden ter beschikking gesteld door de vereniging.  Bij ontvangst van deze kledij zal het lid een verklaring dienen te ondertekenen dat deze kledij eigendom van de vereniging blijft en dat deze bij beëindiging van het lidmaatschap dient teruggegeven te worden in dezelfde staat waarin deze werd ontvangen.  De leden dienen zelf in te staan voor het onderhoud van de kledij.  Indien de kledij bij het beëindiging van het lidmaatschap niet of beschadigd wordt teruggeven dan zal de vereniging de schade verhalen op het desbetreffende lid.

 

TITEL IV-REGLEMENT HANDICAPCOMPETITIE

 

Artikel 21. Disciplines

 

Er wordt een handicapcompetitie georganiseerd, zowel op de kleine biljarttafel (2m10) als op de grote biljarttafel (2m84).

De competitie wordt georganiseerd van vier disciplines:

q  Vrijspel

q  Kader

q  Band

q  Drieband

 

Artikel 21. Te spelen minimum punten per disciplines

 

De te spelen minimum punten per discipline zijn als volgt bepaald:

q  Kleine tafel:

q  Vrijspel: 30

q  Kader:25

q  Band: 20

q  Drieband:10

q  Grote tafel:

q  Vrijspel: 20

q  Kader:20

q  Band: 15

q  Drieband:10

 

Artikel 22. Te spelen maximum aantal beurten

 

Het maximum aantal beurten is bepaald op 20 beurten voor de kleine tafel en 25 beurten voor de grote tafel.  Voor drieband is het maximum bepaald op 40 beurten.

 

Artikel 23. Bepaling te spelen punten

 

De te spelen punten worden als volgt bepaald:

q  Totaal aantal gemaakte punten gedeeld door het aantal gespeelde beurten (totaal van alle gespeelde wedstrijden).

q  Vervolgens wordt dit gemiddelde vermenigvuldigd met 15 voor de disciplines op de kleine tafel en met 20 voor de disciplines op de grote tafel. Voor drieband wordt het getal bepaald door te vermenigvuldigen met 30.

Iedere speler speelt dus naar zijn eigen getal, het zogenaamde handicap systeem.

 

Artikel 24. Aanpassing van de te spelen punten

 

Op het einde van het seizoen worden de nieuwe gemiddelde berekend zoals bepaald in artikel 24.

Het gemiddelde en de aangepaste punten zijn enkel van toepassing indien de speler minstens 75% van zijn wedstrijden heeft gespeeld (uiteraard per discipline).  Indien de speler minder dan 75% van zijn wedstrijden heeft gespeeld wordt hij niet opgenomen in het eindklassement.  In dat geval zullen de te spelen punten van de desbetreffende speler niet aangepast worden.

Er zijn geen beperkingen van de aangepaste punten naar boven toe.  Ingeval de speler een hoger gemiddelde heeft behaald zal hij het volgende seizoen dienen te spelen naar “zijn hoger getal”.

Indien de speler een lager gemiddelde heeft behaald dan kan de daling beperkt worden tot maximum 10% van zijn te spelen punten van het afgelopen seizoen.

Wedstrijden tegen proefspelers komen eveneens in aanmerking.  Het voorlopig geraamd getal van de proefspeler mag niet gewijzigd worden.

 

Artikel 25. Bepalingen met betrekking tot nieuwe leden

 

Van een nieuw lid worden de te spelen punten geschat.  Op het einde van het seizoen zullen de definitieve punten bepaald worden; op voorwaarde dat hij minstens 75% van zijn wedstrijden heeft gespeeld.  Het nieuwe lid kan vanaf het tweede seizoen aanspraak maken op prijzengeld voor die disciplines waar hij een definitief getal heeft bekomen. 

Voor de berekening van het definitief getal dient men eveneens rekening te houden met de gespeelde wedstrijden van het eerste onvolledige seizoen; dit voor de disciplines waar de speler geen 75% van zijn wedstrijden heeft gespeeld.

 

Artikel 26. Bepaling van het aantal te spelen wedstrijden

 

Om in aanmerking te komen voor de eindrangschikking en het prijzengeld dient men minstens 75% van de wedstrijden te spelen (bepaling per discipline).

Voor de berekening van deze 75% wordt enkel rekening gehouden met het aantal inschrijvingen bij de aanvang van het seizoen (inclusief nieuwe leden indien zij starten bij aanvang van het seizoen).  Leden die op het einde van het seizoen minder dan 50% van hun wedstrijden hebben gespeeld tellen eveneens niet mee om de 75%-grens te berekenen.

Nieuwe leden die in de loop van het seizoen de competitie aanvatten worden niet meegerekend voor de bepaling van het aantal te spelen wedstrijden.  De wedstrijd die een “definitieve” speler speelt tegen een nieuwe “proefspeler” komen wel in aanmerking voor de bepaling van het aantal wedstrijden (75% quorum).

 

Artikel 27. Bepaling handicapkampioen per discipline

 

Voor de bepaling van de handicapkampioen wordt gebruik gemaakt van het combinatiestelsel.  Dit combinatiestelsel werd ontworpen door de heer Paul De Block.

Dit combinatiestelsel heeft als voordeel dat er zowel rekening wordt gehouden met de gewonnen wedstrijden als met de progressie van een speler.  Een speler die al zijn wedstrijden wint in 13 beurten verdient meer de titel van kampioen dan een speler die al zijn wedstrijden wint in 15 beurten.

Het combinatiestelsel heeft als nadeel dat het vrij ingewikkeld is.

Wij doen een poging om het combinatiestelsel zo eenvoudig mogelijk uit te leggen:

Op het einde van het seizoen worden de definitieve spelers (spelers die aan de 75% voorwaarde voldoen zoals bepaald in artikel 27) gerangschikt volgens de quotering van het combinatiestelsel.

De quotering van het combinatiestelsel houdt zowel rekening met het aantal gewonnen wedstrijden als met het evolutiepercentage.

Het evolutiepercentage kan positief of negatief zijn.  Een lid die de handicap start met een getal van 50 en op het einde van het seizoen op 48 uitkomt heeft een negatieve evolutie van 4%.  Indien het lid op het einde van het seizoen op 52 uitkomt heeft het lid een positieve evolutie van 4%.

Dit evolutiepercentage wordt vervolgens herleid naar 10:

q  4 + 100

10

q  Ingeval van bijvoorbeeld een negatieve evolutie van 4% wordt dit 9,6.

q  Ingeval van bijvoorbeeld een positieve evolutie van 4% wordt dit 10,4.

Vervolgens wordt dit herleid evolutiegetal vermenigvuldigd met aantal behaalde wedstrijdpunten en gedeeld door het aantal gespeelde wedstrijden.  Het evolutiegetal wordt dus vermenigvuldigd met het gemiddelde aantal wedstrijdpunten en zo bekomt met de quotering van het combinatiestelsel.

Voor alle duidelijkheid de wedstrijdpunten worden als volgt bepaald:

q  2 wedstrijdpunten voor winst

q  1 wedstrijdpunt voor een gelijkspel

q  0 wedstrijdpunten bij verlies of een wedstrijd waarvan geen van beide spelers zijn getal heeft behaald binnen het maximum aantal toegelaten beurten.

Voorbeeld: een speler heeft 18 wedstrijden gespeeld en heeft 12 wedstrijdpunten behaald en heeft een positief evolutiepercentage van 4%. 

q  Bepaling gemiddelde behaalde wedstrijdpunten: aantal behaalde wedstrijdpunten gedeeld door het aantal gespeelde wedstrijden

q  12 = 0,66

18

q  Bepaling quotering combinatiestelsel: herleid evolutiegetal wordt vermenigvuldigd met gemiddelde behaalde wedstrijdpunten.

q  10,4 x 0,66= 6,864 de quotering bedraagt aldus 6,864.

Voor de bepaling van de handicapkampioen volgens het combinatiestelsel kan men op het einde van het seizoen gebruik maken van volgende formule, dit voor de volgende disciplines: vrijspel; kader; band

q  150 x Tap x Wp

Tab  x H x m

q  Tap: Totaal aantal gescoorde punten over het volledige seizoen

q  Wp: Aantal behaalde wedstrijdpunten over het volledige seizoen

q  Tab: Totaal aantal gespeelde beurten over het volledige seizoen

q  H: aantal te spelen punten bij het begin van het seizoen

q  M: aantal gespeelde wedstrijden

q  150: dit aangezien de te spelen punten worden uitgerekend op 15 beurten, dit althans voor de kleine tafel.  Voor de disciplines op de grote tafel wordt dit getal aangepast naar 200 (maximum 20 beurten) en voor drieband bedraagt dit getal 300 (maximum 30 beurten)

De berekening van de combinatiequotering zal enkel gebeuren voor spelers die aan de 75% voorwaarde voldoen; wij verwijzen hierbij nogmaals naar artikel 28.  Wedstrijden tegen proefspelers komen eveneens in aanmerking.  Het voorlopig geraamd getal van de proefspeler mag niet gewijzigd woorden.

Spelers die geopteerd hebben om hun punten te laten dalen (dit conform de modaliteiten van artikel 25) komen voor het eerste seizoen waarin zij naar de lagere punten spelen niet in aanmerking voor het bepalen van de handicapkampioen en hebben bijgevolg ook geen recht op enig prijzengeld.

 

Artikel 28. Bepaling van de algemene clubkampioen

 

Voor de bepaling van de algemene clubkampioen worden per speler de drie hoogste scores behaald per discipline volgens het combinatiestelsel samengeteld.  De speler met de hoogste score wordt uitgeroepen tot algemene clubkampioen.

 

Artikel 29. Bepaling prijzengeld

 

Het prijzengeld per discipline is als volgt bepaald:

q  Voor de 1e: 20,00 EUR

q  Voor de 2e: 10,00 EUR

q  Voor de 3e: 5,00 EUR

De algemene clubkampioen ontvangt geen geldprijs enkel een trofee (dit  zolang er een sponsor is die bereid is deze trofee te schenken).

 

               Artikel 30. Einde van de handicapcompetitie

 

De laatste speeldag van de handicapcompetitie is voorzien op 15 juli.Artikel 31. Speeldagen handicapcompetitie

De wedstrijden van de handicapcompetitie zullen hoofdzakelijk gespeeld worden tijdens de voorziene clubavond: dinsdag.

Het is echter toegelaten om op andere dagen een handicap wedstrijd te spelen op voorwaarde dat deze wedstrijd plaats vindt in het lokaal.

 

Artikel 31. Arbitrage en reglement

 

Handicapwedstrijden mogen gespeeld worden zonder arbiter.  De speler zelf dient zijn punten te tellen.  Uiteraard is het de tegenstrever toegestaan dat hij de gescoorde punten meetelt.  Het is echter steeds aan te bevelen indien een ander lid vrijwillig de wedstrijd arbitreert.

Voor de handicapwedstrijden is het reglement van de KBBB van toepassing.

 

Artikel 32.   Organisatie van de te spelen wedstrijden

 

Iedere speler heeft een naambordje.  In het lokaal zijn twee roosters voorzien (één voor de kleine tafels en één voor de grote tafels).  Indien een speler een wedstrijd wenst te spelen dan zal hij zijn naambordje hangen op de desbetreffende rooster eventueel naast een speler die reeds zijn naambordje op het rooster heeft aangebracht.  Men dient steeds na te zien of desbetreffende spelers nog een handicapwedstrijd tegen elkaar kunnen spelen (dit ter vermijding van dubbel gespeelde wedstrijden die trouwens beboet worden zoals voorzien in artikel 10).

Na de wedstrijd dient men te melden dat de biljarttafel vrij is en dient de speler zelf zijn naambordje ofwel weg te bergen (bovenaan indien hij stopt met wedstrijden te spelen) ofwel zijn naambordje te plaatsen tegen een nieuwe tegenstrever.

Het is bijgevolg niet mogelijk dat er een handicapwedstrijd wordt gespeeld die niet op het bord hangt.

Indien een speler geen handicapwedstrijd kan spelen, mag hij een vrije wedstrijd aanvatten, doch indien er een handicapwedstrijd kan gespeeld worden dan mag deze wedstrijd uitgespeeld worden doch naar de handicappunten of het maximum aantal beurten afhankelijk wat er eerst bereikt wordt.

 

Artikel 33. Bekrachtiging en aanpassingen aan het huishoudelijk reglement

 

Het opstellen en wijziging van het huishoudelijk reglement behoort tot de bevoegdheden van de Raad van Bestuur.

Wijzigingen aan de bepalingen van het huishoudelijk reglement worden beslist door gewone meerderheid binnen de Raad van Bestuur.  Bij gelijkheid van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

De Raad van Bestuur kan steeds indien zij dit opportuun vindt bepaalde wijzigingen voorleggen aan de Algemene Ledenvergadering.

 

Artikel 34.  Niet voorziene bepalingen

 

Al wat niet uitdrukkelijk voorzien is in het huishoudelijk reglement of de statuten van de vereniging wordt beslist door de Raad van Bestuur.  Zij kan steeds oordelen dat zij de beslissing wenst te laten nemen door de Algemene Ledenvergadering.

Aldus opgemaakt door de Raad van Bestuur te Malle op 02/06/2004 en goedgekeurd door de Algemene Ledenvergadering van 07/09/2004.  De laatste update dateert van juni 2006.veranderng sportbestuurder 22/01/2008

____________________                ____________________                ____________________

Frédy BLEYS                                 Jan PEETERS                            Willem De Smet

Voorzitter                                     Penningmeester                           Ondervoorzitter

____________________________   ____________________                     _________________

Peeters Albert                              De Smet Willem                     Van den Bergh Ruddy,

Raadslid                                      Sportbestuurder                                    Secretaris


 

SAMENVATTING EN OVERZICHT VAN DE SAMENSTELLING EN WIJZIGINGEN AAN HET HUISHOUDELIJK REGLEMENT

q  Het huishoudelijk reglement werd door de Raad van Bestuur op 02/06/2004 opgesteld en bekrachtigd door de Algemene Ledenvergadering van 07/09/2004.

q  Beslissing Raad van Bestuur dd 18/05/2005:Wijziging aan Artikel 28

Spelers die geopteerd hebben om hun punten te laten dalen (dit conform de modaliteiten van artikel 25) komen voor het eerste seizoen waarin zij naar de lagere punten spelen niet in aanmerking voor het bepalen van de handicapkampioen en hebben bijgevolg ook geen recht op enig prijzengeld.

q  Beslissing Raad van Bestuur dd 24/05/2006:Wijziging aan Artikel 23

Het maximum aantal beurten is bepaald op 20 beurten voor de kleine tafel en 25 beurten voor de grote tafel.  Voor drieband  is het maximum bepaald op 40 beurten.

q  Beslissing Raad van Bestuur dd 24/05/2006:Wijziging aan Artikel 24

De te spelen punten worden als volgt bepaald:

q  Totaal aantal gemaakte punten gedeeld door het aantal gespeelde beurten (totaal van alle gespeelde wedstrijden).

q  Vervolgens wordt dit gemiddelde vermenigvuldigd met 15 voor de disciplines op de kleine tafel en met 20 voor de disciplines op de grote tafel. Voor drieband wordt het getal bepaald door te vermenigvuldigen met 30.

Iedere speler speelt dus naar zijn eigen getal, het zogenaamde handicap systeem.

q  Beslissing Raad van Bestuur dd 24/05/2006:Wijziging aan Artikel 28

Voor de bepaling van de handicapkampioen volgens het combinatiestelsel kan men op het einde van het seizoen gebruik maken van volgende formule, dit voor de volgende disciplines: vrijspel; kader; band

q  150 x Tap x Wp

Tab  x H x m

q  Tap: Totaal aantal gescoorde punten over het volledige seizoen

q  Wp: Aantal behaalde wedstrijdpunten over het volledige seizoen

q  Tab: Totaal aantal gespeelde beurten over het volledige seizoen

q  H: aantal te spelen punten bij het begin van het seizoen

q  M: aantal gespeelde wedstrijden

q  150: dit aangezien de te spelen punten worden uitgerekend op 15 beurten, dit althans voor de kleine tafel.  Voor de disciplines op de grote tafel wordt dit getal aangepast naar 200 (maximum 20 beurten) en voor drieband bedraagt dit getal 300 (maximum 30 beurten)

q  Beslissing Raad van Bestuur dd 6/01/2010:Wijziging aan Artikel 19